In de herfst krijg ik altijd onwijs trek in stoofschotels. Dit keer heb ik een bierstoof gemaakt. Het grappige is dat ik helemaal niet van bier hou. Maar voor het stoven van rundvlees is het geweldig! En lekker dat ’t ruikt, als je dit aan ’t maken bent! Echt zááálig.
Wij hebben ervan gesmuld. Alleen zoonlief vond de witlof niet zo lekker. En de walnoten.

Ingrediënten
1 flesje Bockbier
4 rundervinken
50 gr boter
1 ui
4 plakken kruidkoek
2 takjes tijm
2 x 25 gram boter
8 stronken witlof
1 kilo aardappels
een half schaaltje walnoten

Bereiding
Snijd de ui in halve ringen. Snijd de plakken kruidkoek in dobbelsteentjes. Schil de aardappelen en snijd de witlof in ringen.

Verhit een pan (met een dikke bodem) en smelt daarin 25 gr boter. Bestrooi de rundervinken met zout en peper aan beide kanten en bak de vinken rondom bruin.

Haal de vinken uit de pan en bak de uienringen in hetzelfde pan.

Leg dan de vinken weer terug in de pan op de ui, doe de dobbelsteentjes kruidkoek en de takjes tijm erbij en overgiet het met het flesje bockbier.
Laat minstens een half uur doorsudderen op een laag pitje, met een deksel op de pan. Roer af en toe door.

Kook intussen de aardappelen.
Smelt in een hapjespan 25 gr boter en doe de witlof erbij. Roer goed door. Bak de witlof even aan en doe ervdan een half kopje water bij. Doe de deksel op de pan en smoor de witlof ongeveer 10 minuten.
Giet de aardappelen af en schud ze op. Mijn moeder doet dat altijd buiten, ze “schrikken” van de buitenlucht en dan worden ze extra lekker.
Breng de witlof op smaak met wat zout en peper en voeg de walnoten toe.

Vergeet niet de takjes tijm uit je stoof te halen.

Schep op een bord wat aardappels, een schepje witlof en een rundervink en doe een schepje stoofsaus over het vlees en de aardappels.

Eet smakelijk!