In dit recept zit “waterkastanje”. Daar had ik, tot een jaar terug, nog nooit van gehoord. Ik heb het in de toko gevonden: blikjes “water chestnut”. Het is een klein knolletje, dat heerlijk knapperig blijft. Nadat ik het geproefd had, herkende ik het van de Chinese tomatensoep. Die knapperige stukjes… dat is dus waterkastanje. Het smaakt verder niet heel sterk: het heeft een beetje een aardachtige, nootachtige smaak. Maar het is vooral het frisse, knapperige, dat ’t toevoegt… Het is de moeite waard om even voor naar de toko te gaan. Maar als je nou geen waterkastanje kunt vinden: geen probleem. Het is ook gewoon heel erg lekker zónder.

Ingrediënten
300 gram kipfilet
4 rode paprika’s
150 gram taugé
1 rode ui
1 theelepel 5-spices poeder
150 gram waterkastanje
1/2 ananas of een klein blikje ananas

Voor de zoetzure saus
3 eetlepels abrikozenjam
2 eetlepels ketjap manis
2 1/2 dl sinaasappelsap (of ananassap, als je dat hebt)
3 eetlepels ketchup
2 theelepels rijstwijnazijn
zout en peper

Bereiding
Snij de ui in stukjes. Verwijder de zaadlijsten van de paprika en snij de paprika’s in stukjes. Snij de ananas in stukjes.
Verhit wat olie in een wok en bak daarin de ui. Doe de paprika erbij en bak tot zowel de ui als de paprika zacht is.

Snij (of knip) de kipfilet in reepjes en doe de kip bij de ui en paprika. Bak een paar minuten en blus dan af met de sinaasappelsap en voeg de abrikozenjam, ketjap, ketchup en azijn toe. Breng aan de kook en laat op een laag pitje ongeveer een kwartier pruttelen tot de kip gaar is. Doe de stukjes ananas erbij en breng weer aan de kook. Proef de saus en breng indien nodig op smaak met nog een beetje jam, azijn, zout of peper.
Doe de waterkastanjes en de taugé er bij en kook nog even door.

Schep op een bord eerst wat rijst en daaroverheen een paar scheppen zoetzure kip.

Eet smakelijk!