Bijna Kerst! Ideaal om kerstkoekjes te bakken, dus. Súper leuk om met de kinderen te doen. Dit is een heel makkelijk recept. Als je je werkblad voldoende be-bloemd en blijft opletten als de koekjes in de oven staan, dan kunnen ze bijna niet mislukken… 
Als je wilt kun je ook echte kerstkransjes maken. Als je een rondje uitsteekt en in het midden nóg een gat uitsteekt, dan kun je ze met een lintje in de kerstboom hangen. Maar dat vind ik zelf een beetje zonde van de koekjes…
Je kunt de koekjes ook versieren met  glazuur, in plaats van amandelschaafsel. Vouw een trechtertje van bakpapier. Meng in een kommetje ongeveer 100 gram poedersuiker met een paar eetlepels kokend water tot het ongeveer zo dik is als yoghurt.  Doe de glazuur in het trechtertje en versier daar (ná het bakken en afkoelen) de koekjes mee. 

Ingrediënten
200 g bloem
100 g lichtbruine basterdsuiker
1/2 pakje roomboter (125 gram)
1 zakje vanillesuiker
2 eieren
1 snufje zout
amandelschaafsel

Bereiding
Haal de roomboter uit de koelkast en laat minstens een uur of kamertemperatuur komen.

Doe de basterdsuiker, de vanillesuiker en de boter in een kom. Snij de boter in stukken met twee messen.
Klop de boter en basterdsuiker luchtig. Ik heb dat gedaan met de deeghaken op mijn handmixer. Voeg 1 ei toe. Doe het zout bij de bloem en voeg dan, in porties, de bloem bij het boter-suiker-mengsel. Mix tot een egaal deeg en voeg dan de volgende portie bloem toe. Maak er een bal van, verpak in keukenfolie en laat minimaal 1 uur rusten in de koelkast.

Verwarm de oven voor op 160 °C. Verdeel het deeg in 2 stukken. Leg 1 stuk terug in de koelkast.
Bestuif je werkblad met bloem en leg het deeg erop. Strooi ook een beetje bloem op het deeg en veeg met je hand ook een beetje bloem op de deegroller. Rol het deeg uit tot een lap van ongeveer een halve centimeter dik. Steek er met een uitsteker in kerstvorm (ster, sneeuwvlok, kerstboom) koekjes uit en leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat.

Klop het andere ei los en bestrijk de koekjes dun met het eimengsel. Strooi er wat amandelschaafsel over. Duw het amandelschaafsel licht aan met je vingers, zodat het een beetje blijft plakken in het ei. Bak de koekjes in ongeveer een kwartier goudbruin en gaar in de oven. Kijk na een minuut of twaalf hoever de koekjes al zijn. En draai indien nodig de bakplaat een halve slag als je oven niet helemaal gelijkmatig warmt (zoals bij mij).

Terwijl je de eeste batch koekjes bakt, steek je alvast de volgende batch koekjes uit. Ga zo door tot al het deeg op is.

Laat de koekjes even afkoelen voor je ze gaat eten!
Eet smakelijk!