Vorige week had ik het met een collega over geroosterde bloemkool: dat bloemkool echt véél en véél lekkerder wordt als je ‘m eerst even roostert in de oven. Hé, daar had ik toch een blog over geschreven, een tijdje geleden, over geroosterde bloemkoolsoep? Nou, niet dus… Wat bleek: die bloemkoolsoep had ik wél gemaakt, maar nog niet op mijn blog gezet. Die dag had het broodje brie m’n blog gehaald en niet de bloemkoolsoep. En twee blogjes is een beetje teveel op één dag, hoor. Dus dan blijven de foto’s soms -onuitgezocht- op mijn laptop staan. Maar omdat ik het er afgelopen week over had, heb ik ze weer opgezocht en bij deze!
Hier in huis is bloemkool-met-saucijsjes-en-groentesaus een grote favoriet. En deze soep viel dus ook prima in de smaak!
Ik heb de balletjes van varkenssaucijs gemaakt, maar je kunt ze natuurlijk ook van runder- of kippensaucijs maken. Of helemaal weglaten. Misschien kan het ook wel met vegetarische worstjes, maar ik heb geen idee hoe die zich houden in een soep…

Ingrediënten
1 bloemkool
2 aardappelen
1 ui
3 bouillontabletten (groentebouillon)
4-6 tenen knoflook
olijfolie
zout, peper
2 varkens saucijzen

Bereiding
Verwarm de oven voor op 200 graden. Snij de bladeren en stronk van de bloemkool en verdeel de kool in roosjes. Leg die samen met de (ongepelde) tenen knoflook op een bakplaat en sprenkel er olijfolie en zout en peper over.

Rooster de bloemkool ongeveer 20 minuten in de voorverwarmde oven.
Pel en snipper intussen de ui. Schil de aardappel en snij die in blokjes.

Verhit in en braadpan een scheut olijfolie en fruit daarin de ui aan. Voeg, als de ui zacht is, de aardappelblokjes toe. Bak even aan en blus dan af met anderhalve liter water. Doe de bouillonblokjes erbij en breng aan de kook. Laat zachtjes doorkoken tot de aardappelstukjes gaar zijn.
Doe de bloemkool roosjes erbij en kook tot zowel de bloemkool als de aardappel-stukjes gaar zijn. Haal de pan van het vuur en pureer de soep met een staafmixer.

Haal de saucijzen uit hun velletje. Dat is even een vieze-handen-werkje: ik doe dit altijd door de saucijs in het midden te draaien, alsof het zo’n ballon is waar je een ballonfiguur van maakt. Dan kun je het vlees tussen je vingers uit het velletje duwen. Verdeel de ontvelde saucijs in stukjes.
Verhit een scheut olie in een koekenpan en bak daarin de saucijzen balletjes rondom bruin en gaar.

Schep de soep op en schep er -indien gewenst- een paar saucijzen-balletjes over.
Eet smakelijk!